BgZ:V2.0 Ontwerp Beta BgZ MSZ: verschil tussen versies
(→BgZ msz informatie elementen) |
(→BgZ msz informatie elementen) |
||
Regel 125: | Regel 125: | ||
| 6.1 Problemen (incl. diagnoses) | | 6.1 Problemen (incl. diagnoses) | ||
| Alle bekende problemen van alle probleemtypen, van alle toegestane coderingen van 'ProbleemNaam'. | | Alle bekende problemen van alle probleemtypen, van alle toegestane coderingen van 'ProbleemNaam'. | ||
− | |||
|- | |- | ||
| rowspan="5" | 7 Sociale anamnese | | rowspan="5" | 7 Sociale anamnese | ||
Regel 134: | Regel 133: | ||
|- | |- | ||
| 7.2 Drugsgebruik | | 7.2 Drugsgebruik | ||
− | | | + | | * Deze informatiestandaard specificeert een uitwisseling van al het bekende drugsgebruik. |
+ | * De rationale hiervoor is dat een specifieke uitwisseling van bijvoorbeeld het laatste drugsgebruik per drugs of geneesmiddelsoort zowel complex als beperkend is. Ook is alleen het laatst bekende drugsgebruik onafhankelijk van het type drugs te beperkend. In de praktijk zal een eindgebruiker voor bijvoorbeeld methadon of GHB het laatst bekende gebruik willen zien en mogelijk secundair de eerdere doseringen van bijvoorbeeld methadon. | ||
|- | |- | ||
| 7.3 Alcoholgebruik | | 7.3 Alcoholgebruik | ||
Regel 154: | Regel 154: | ||
| 9 Allergieën | | 9 Allergieën | ||
| 9.1 Allergie-intoleranties | | 9.1 Allergie-intoleranties | ||
− | | | + | | Alle bekende allergieën, indien beschikbaar [1] |
|- | |- | ||
| rowspan="4" | 10 Medicatie | | rowspan="4" | 10 Medicatie | ||
Regel 186: | Regel 186: | ||
|- | |- | ||
| 13.1 Bloeddruk | | 13.1 Bloeddruk | ||
− | | | + | | Laatst bekende bloeddruk, indien beschikbaar [1] |
|- | |- | ||
| 13.2 Lichaamsgewicht | | 13.2 Lichaamsgewicht | ||
− | | | + | | Laatst bekende lichaamgewicht, indien beschikbaar [1] |
|- | |- | ||
| 13.3 Lichaamslengte | | 13.3 Lichaamslengte | ||
− | | | + | | Laatst bekende lichaamslengte, indien beschikbaar [1] |
|- | |- | ||
| 14 Uitslagen | | 14 Uitslagen |
Versie van 24 sep 2024 om 14:06
In ontwikkeling
Inhoud
- 1 Inleiding
- 2 Use cases
- 2.1 Algemeen
- 2.2 Uitwisseling BgZ bij verwijzing
- 2.3 Opvraging BgZ bij eerdere behandelaar
- 3 Aanvullende afspraken
- 4 Aanvullende informatie
- 5 Referenties
- 6 Release notes
- 7 Wiki-paginahistorie
1 Inleiding
1.1 Algemeen
Dit document beschrijft het Functioneel Ontwerp (FO) voor de Informatiestandaard “BgZ-uitwisseling voor de medisch-specialistische zorg”. De “Handreiking adequate registratie in het Elektronisch Patiënten Dossier (EPD) Klachten en diagnoses, behandelaanwijzingen en allergieën”, beschrijft afspraken over welke informatie er minimaal in het zorgproces moet worden geregistreerd [1]. De NEN 7540 bevat afspraken voor taal en techniek [2].
Deze versie van de informatiestandaard is uitsluitend gebaseerd op de zib Publicatie 2017(NL)[3] en uitwisseling via HL7 FHIR v3. Tevens zijn in dit FO enkele verduidelijkingen, aanvullingen, en restricties op de inhoudelijke afspraken in de informatiestandaard en handreiking opgenomen.
Het functioneel ontwerp (FO) beschrijft voor alle uitwisselscenario's, in dit document use cases genoemd, uit de informatiestandaard de transacties, transactiegroepen, systemen, systeemrollen en bedrijfsrollen van zorgverleners of patiënten. Hiervoor worden de eisen gegeven voor het sturen of ontvangen van gegevens. In hoofdstuk 2 zijn per use case de nadere details beschreven. Voor meer informatie over informatiestandaarden en hoe deze worden ontwikkeld, zie de Nictiz webpagina voor informatiestandaarden. Voor de verklaring van de begrippen die voorkomen in het FO wordt verwezen naar de Nictiz webpagina met een begrippenoverzicht.
1.2 Doelgroep
De doelgroepen van dit functionele ontwerp zijn:
- Productmanagers, architecten, ontwerpers en testers van ICT-leveranciers, regio-organisaties en Nictiz en
- Vertegenwoordigers van zorgverleners.
1.3 Kaders en uitgangspunten
1.3.1 Richtlijn en proces
Figuur 1: Gegevensuitwisseling in het msz proces. De BgZ msz (t) is een samenvatting van gegevens van een bronsysteem (XIS) (s).
De overdracht van gegevens tussen zorgverleners in de msz zijn in twee use cases beschreven: (1) Uitwisseling BgZ bij verwijzing en (2) Opvraging BgZ bij eerdere behandelaar.
In dit proces zijn de bedrijfsrollen van de betrokken partijen :
- Verwijzende zorgverlener bij eerste use case, fig. 1a; (PUSH)
- Sturende zorgverlener, fig. 1h;
- Ontvangende zorgverlener, fig. 1j;
- Opvragende zorgverlener bij tweede use case, fig. 1b; (PULL)
- Raadplegende zorgverlener, fig. 1n;
- Beschikbaarstellende zorgverlener, fig. 1k
1.3.2 Reikwijdte informatiestandaard
De informatiestandaard specificeert voor het derde niveau van het vijflagenmodel, welke informatie moet worden vastgelegd en gedeeld bij de overdrachtsmomenten in zorgprocessen. Deze laag bestaat uit (1) een functionele specificatie van het zorgproces en (2) een specificatie van de informatie die uitgewisseld wordt via een dataset, gegevensmodel, en terminologie.
1.4 Kwalificatie
Op basis van het FO en de bijbehorende dataset worden test- en kwalificatie-scripts opgesteld. Meer informatie en test- en kwalificatiescripts zijn te vinden op: de Landingspagina BgZ onder kwalificatiescripts
1.5 Begrippenkader
Zorgverlener | Een natuurlijke persoon die beroepsmatig zorg verleent (Wkkgz artikel 1). In dit FO wordt zorgverlener gebruikt voor het identificeren van de verantwoordelijke rol, waarbij een gedelegeerde ook aangeduid wordt als zorgverlener. |
2 Use cases
Een use case is een specifieke beschrijving van een praktijksituatie in de zorg waarbij de uitwisseling van informatie voor een concrete situatie wordt beschreven aan de hand van actoren (mensen, systemen) en transacties. Een transactie beschrijft welke informatie wanneer wordt uitgewisseld. Een use case is een verbijzondering van een specifiek onderdeel van het zorgproces. Een informatiestandaard kan bestaan uit één of meerdere use cases. Elke use case koppelt met een scenario in ART-DECOR.
2.1 Algemeen
Implementatie van de informatiestandaard draagt eraan bij dat de continuïteit van zorg wordt gewaarborgd, een patiënt niet steeds opnieuw zijn verhaal hoeft te doen, de registratielast wordt verminderd en het maken van fouten wordt voorkomen.
Voor de uitwisseling van medicatiegegevens wordt verwezen naar het Medicatieproces 9: zie de medicatie Landingspagina. Meer specifiek de use cases Sturen en/of beschikbaar stellen van informatie.
In de BgZ msz moet het mogelijk zijn om de laatst bekende gegevens uit te wisselen tussen msz instellingen [1]. Hiervoor is het nodig om te weten wanneer een gegevenselement voor het laatst inhoudelijk is gewijzigd (hoofdstuk 3). Hiervoor is in de dataset per zib een MutatieDatumTijd opgenomen. Voor een concretisering van de laatst bekende waarde per informatie element en het gebruik van de MutatieDatumTijd wordt verwezen naar de beschrijvingen (context) per element in de ART-DECOR transacties (via tabel 2 en 4).
De uitwisseling van een unieke objectidentificatie per BgZ element, om altijd vast te kunnen stellen dat twee BgZ elementen uit verschillende bronnen oorspronkelijk hetzelfde element zijn, is onderwerp van een doorontwikkeling van de informatiestandaard.
Verder worden aanvullende use cases uitgewerkt in een doorontwikkeling zoals bijvoorbeeld
- De uitwisseling van de BgZ msz bij overdracht;
- De uitwisseling van een rapportage na verwijzing/ overdracht;
- De tussentijdse uitwisseling van de BgZ.
2.1.1 BgZ msz informatie elementen
De onderstaande tabel bevat een nadere specificatie van de BgZ msz 2.0 samenvatting op transactie niveau (use case overstijgend). Hierbij is uitgegaan van de BgZ 2017 definitie die is aangescherpt op basis van de kwaliteitstandaard, handreiking adequate registratie, en afstemming met het veld.
De BgZ specificatie op basis van zibs release 2017 is te specifiek gesteld om gebruikt te worden in meerdere use cases zoals de medisch specialistische zorg. De eerste versie was meer gericht op de uitwisseling met de patiënt. Meer toekomstgericht is een generieke BgZ 2.0 te verwachten waarbij de transacties gericht zijn op de specifieke uitwisselingen zoals met de patiënt en tussen zorgprofessionals onderling.
Section | Onderdeel | Toelichting |
---|---|---|
1 Demografie en identificatie | 1.1 Patiëntgegevens |
NAW gegevens, BSN, geboortedatum, geslacht, overlijdensinformatie, contactgegevens van de patiënt (*)
|
1.2 Burgerlijke staat | Laatst bekende burgerlijke staat (*)
| |
2 Financiële informatie | 2.1 Verzekeringsgegevens | De verzekeringsgegevens van de patiënt (*) |
3 Behandelrestricties | 3.1 Behandelaanwijzingen | Bekende behandelaanwijzingen (*) |
3.2 Wilsverklaring | Bekende wilsverklaring (*) | |
4 Contactpersoon | 4.1 Contactpersoon | Eerste relatie/ contactpersoon indien beschikbaar |
5 Functionele status | 5.1 Functionele/ mentale status | Van elke functionele/ mentale status de laatst bekende indien beschikbaar
|
6 Klachten en diagnoses | 6.1 Problemen (incl. diagnoses) | Alle bekende problemen van alle probleemtypen, van alle toegestane coderingen van 'ProbleemNaam'. |
7 Sociale anamnese | 7.1 Woonsituatie | De laatst bekende woonsituatie
(1) Indien er geen gebruik is gemaakt van een code uit de WoningTypeCodelijst inclusief 'OTH' zou er op basis van de conceptuele kardinaliteit in de zib geen nullFlavor worden uitgewisseld. |
7.2 Drugsgebruik | * Deze informatiestandaard specificeert een uitwisseling van al het bekende drugsgebruik.
| |
7.3 Alcoholgebruik | text (*) | |
7.4 Tabakgebruik | text (*) | |
7.5 Voedingsadviezen | De laatst bekende voedingsadviezen
| |
8 Waarschuwingen | 8.1 Alerts | Alle bekende alerts |
9 Allergieën | 9.1 Allergie-intoleranties | Alle bekende allergieën, indien beschikbaar [1] |
10 Medicatie | Algemeen | Alle bekende, indien beschikbaar, medicatieafspraken, toedieningsafspraken, medicatiegebruik en bekende medicatie contra-indicaties.
|
10.1 Medicatieafspraak | Alle bekende medicatieafspraken, indien beschikbaar | |
10.2 Toedieningsafspraak | Alle Bekende toedieningsafspraken, indien beschikbaar | |
10.3 Medicatiegebruik | Al het bekende medicatiegebruik, indien beschikbaar | |
11 Medische hulpmiddelen | 11.1 Medische hulpmiddelen | Bekende medische hulpmiddelen |
12 Vaccinaties | 12.1 Vaccinaties | Bekende vaccinaties |
13 Vitale functies en metingen | Algemeen | Indien beschikbaar de laatst bekende bloeddruk, lichaamsgewicht en lichaamslengte [1]. De rationale tot het hernoemen van de BgZ sectie tot “vitale functies en metingen” is dat strikt genomen niet alle benoemde metingen vitale functies zijn. |
13.1 Bloeddruk | Laatst bekende bloeddruk, indien beschikbaar [1] | |
13.2 Lichaamsgewicht | Laatst bekende lichaamgewicht, indien beschikbaar [1] | |
13.3 Lichaamslengte | Laatst bekende lichaamslengte, indien beschikbaar [1] | |
14 Uitslagen | 14.1 Laboratoriumuitslagen | Indien beschikbaar alle bekende klinische chemie bepalingen, van elke klinische bepaling de laatst bekende uitslag. Hieronder valt ook bloedgroeptypering (normaliter/vaak vallend onder klinische chemie)
|
15 Verrichtingen | 15.1 Verrichtingen | Alle bekende therapeutische of diagnostische verrichtingen die de patiënt heeft ondergaan, indien beschikbaar.
|
16 Contacten | 16.1 Contacten | Alle bekende contacten met zorgverleners, indien beschikbaar.
|
17 GeplandeZorgActiviteit (Zorgplan) | Algemeen | Voor de BgZ msz 2.0 informatiestandaard worden, betreft Zorgplan, toekomstige Verrichtingen, Contacten, en MedicatieToedieningen uitgewisseld. |
17.1 MedicatieToediening | Alle bekende toedieningsafspraken met een datum (AfgesprokenDatumTijd) in de toekomst, indien beschikbaar. | |
17.1 Verrichting | Alle bekende verrichtingen met een datum (VerrichtingStartDatum) in de toekomst, indien beschikbaar. | |
17.2 Contact | Alle bekende contacten met een datum (BeginDatumTijd) in de toekomst, indien beschikbaar. | |
18 Zorgsetting | Algemeen | Een aanvulling op de beschrijving ‘Zorgverleners’ in de kwaliteitstandaard aangezien ook zorgaanbieders worden uitgewisseld. Denk bijvoorbeeld aan een locatie van een contact. Er is gekozen om de zorgaanbieder in dezelfde sectie uit te wisselen ([MSZ-75] Toevoegen zib ZorgAanbieder elementen in BgZ - msz 2.0 - BITS (atlassian.net)). |
18.1 Huisarts |
| |
18.2 Zorgverleners |
| |
18.3 Zorgaanbieders | De gegevens van alle zorgaanbieders die benoemd worden in de BgZ msz samenvatting. | |
19 Metagegevens | 19.1 Metagegevens | Alle bekende metagegevens over het ontstaan en muteren van BgZ gegevens in een dossier, indien beschikbaar.
|
Tabel 1 Generieke definities voor de BgZ msz samenvatting op transactieniveau.
- specificatie van de BgZ gebaseerd op de zibs release 2017
- kwaliteitstandaard
2.2 Uitwisseling BgZ bij verwijzing
Deze use case komt overeen met use case (a) in figuur 1.
2.2.1 Doel en relevantie
Het doel is een veilige en zorgvuldige overdracht bij een verwijzing van een sturende msz instelling (fig. 1c) naar een ontvangende msz instelling (fig. 1d).
Een voorbeeld van het uitwisselen van gegevens bij een verwijzing
- Een patiënt is onder behandeling van een cardioloog in een regionaal ziekenhuis.
- Een vernauwing in een kransslagader is vastgesteld in het regionaal ziekenhuis.
- Vanuit het regionale ziekenhuis wordt aan een topklinisch ziekenhuis voorgelegd of de patiënt in aanmerking komt voor een stent.
- Een zorgmedewerker in het topklinische ziekenhuis bestudeert de gegevens van de patiënt inclusief de BgZ om te beoordelen of het plaatsen van een stent de juiste therapie is voor deze patiënt.
- Er wordt een afspraak gemaakt en de patiënt wordt tijdelijk opgenomen in het topklinische ziekenhuis voor het plaatsen van een stent.
2.2.2 Proces en context
2.2.2.1 Proces
Voor het uitwisselen van de BgZ bij verwijzing van een verwijzende zorgverlener (fig. 1g) zijn de volgende stappen relevant:
- Een sturende zorgverlener (fig. 1h) in een sturende msz instelling kan de BgZ zo snel als vereist is voor de continuïteit van zorg na de verwijzing van de patiënt naar de ontvangende instelling sturen. Dit is binnen 24 uur (hoofdstuk 3).
- De ontvangende zorgverlener (fig. 1j) in een ontvangende msz instelling (fig. 1d) kan de BgZ die is samengesteld en gestuurd ten tijde van de verwijzing verwerken in het eigen XIS (fig. 1v) zolang er een behandelrelatie is.
2.2.3 Bedrijfsrollen en UML activity diagram
Rol | Toelichting |
---|---|
Verwijzende zorgverlener | De zorgverlener die de patiënt verwijst van het ene centrum naar het andere fig. 1a, g. |
Sturende zorgverlener | De zorgverlener of gedelegeerde die na verwijzing de BgZ van de patiënt naar de ontvangende instelling stuurt (fig. 1h). |
Ontvangende zorgverlener | Bij overdracht van de medische gegevens van de patiënt tussen instellingen waar msz wordt verleend wordt de BgZ als geheel overgedragen en door de ontvanger geheel of in delen verwerkt. De ontvangende zorgverlener controleert de relevante gegevens en autoriseert deze voor overname in het eigen dossier (fig. 1j). |
Tabel 1: Bedrijfsrollen betrokken bij de eerste use case.
Figuur 2: Activiteit van de bedrijfsrollen in de eerste use case.
2.2.4 Informatieoverdracht
2.2.4.1 Systemen & systeemrollen
De sturende en ontvangende zorgmedewerkers maken ieder gebruik van een bronsysteem (XIS) in een sturende en ontvangende zorginstelling. Het XIS vervult de systeemrollen:
- Medisch Specialistische Zorg Proces – BgZ - Sturend [MSZ-XIS-S] systeem
- Medisch Specialistische Zorg Proces – BgZ – Ontvangend [MSZ-XIS-O] systeem
2.2.4.2 Transacties&transactiegroepen
Uitwisselen BgZ msz bij verwijzing (PUSH).
Transactiegroep | Transactie | Systeemrol | Systeemrolcode | Systemen | Bedrijfsrol | ART-DECOR |
---|---|---|---|---|---|---|
Uitwisseling bij verwijzing (PUSH) | Sturen BgZ msz | Sturend systeem | MSZ-BZS-2.0-FHIR | XIS | Sturende msz zorgverlener | Sturen |
Uitwisselen bij verwijzing (PUSH) | Ontvangen BgZ msz | Ontvangend systeem | MSZ-BZO-2.0-FHIR | XIS | Ontvangende msz zorgverlener | Ontvangen |
Tabel 2:ART-DECOR publicatie bij de transacties betrokken bij de use case: Uitwisseling BgZ bij verwijzing (PUSH). [opmerking bij draft: in het FO een verwijzing naar ART-DECOR; in het TO een verwijzing naar FHIR profielen; geen dataset tabel in het FO]
2.2.4.3 Samenhang bedrijfsrollen, activiteiten, transacties, systeemrollen en transactiegroepen
Onderstaande afbeelding toont de samenhang tussen de processen, bedrijfsrollen, systemen, systeemrollen, transacties en transactiegroep die onderdeel maken van het uitwisselen bij verwijzing.
Figuur 3:Systeemrollen betrokken bij het uitwisselen van de BgZ msz bij verwijzing of overdracht (PUSH).
2.3 Opvraging BgZ bij eerdere behandelaar
Deze use case komt overeen met use case (b) in figuur 1.
2.3.1 Doel en relevantie
Het doel is een veilige en zorgvuldige uitwisseling van gegevens bij opvraging van de BgZ bij een eerdere behandelaar (fig. e, f).
Een voorbeeld van het opvraging van gegevens bij een eerdere behandelaar
- Een patiënt is na een wachtlijst van één maand onder behandeling van een cardioloog in een topklinisch ziekenhuis voor het plaatsen van een stent.
- Voor het plannen van de behandeling vraagt de cardioloog van het topklinische ziekenhuis de actuele BgZ gegevens op bij het regionale ziekenhuis.
- Een zorgmedewerker in het regionale ziekenhuis stelt de actuele BgZ beschikbaar.
- Een zorgmedewerker bestudeert de BgZ zoals gestuurd bij de verwijzing om inzicht in de patiëntencontext te krijgen ten tijde van de verwijzing en de actuele BgZ om de behandeling en nazorg optimaal te kunnen plannen.
2.3.2 Proces en context
2.3.2.1 Proces
Voor het opvragen van de BgZ bij een eerdere behandelaar zijn de volgende stappen relevant:
- Een verzendend zorgverlener (fig. 1h) in een beschikbaarstellende msz instelling kan de BgZ zo snel als vereist is, voor de continuïteit van zorg, naar de ontvangende instelling sturen. Dit is binnen 24 uur (zie hoofdstuk 3).
- De raadplegend zorgverlener (fig. 1j) in een ontvangende msz instelling (fig. 1d) kan de actuele BgZ verwerken in het eigen XIS (fig. 1v) zolang er een behandelrelatie is.
2.3.3 Bedrijfsrollen en UML activity diagram
In dit proces zijn de bedrijfsrollen van de betrokken partijen
Bedrijfsrol(actor) | Beschrijving |
---|---|
Opvragende zorgverlener | De opvragende zorgverlener (nieuwe behandelaar) of gedelegeerde vraagt relevante zorginformatie op waarvan de BgZ deel uitmaakt. |
Beschikbaarstellende zorgverlener | De verzendende zorgverlener (dossierhouder) kan de BgZ, zo snel als vereist is voor de continuïteit van zorg in delen beschikbaar stellen voor opvragen. |
Raadplegende zorgverlener | De raadplegende zorgverlener raadpleegt en verwerkt de relevante BgZ als geheel of in delen. De raadplegende zorgverlener controleert de relevante gegevens en autoriseert deze voor overname in het eigen dossier. |
Tabel 3: Bedrijfsrollen betrokken bij de tweede use case.
Figuur 2: Activiteit van de bedrijfsrollen in de eerste use case.
2.3.4 Informatieoverdracht
2.3.4.1 Systemen & systeemrollen
De beschikbaar stellende en raadplegende zorgverleners maken ieder gebruik van een bronsysteem (XIS).
Het XIS vervult de systeemrollen:
- Medisch Specialistische Zorg Proces – BgZ – Beschikbaarstellend [MSZ-XIS-B] systeem
- Medisch Specialistische Zorg Proces – BgZ – Raadplegend [MSZ-XIS-R] systeem
2.3.4.2 Transacties&transactiegroepen
Transactiegroep | Transactie | Systeemrol | Systemen | Bedrijfsrol | ART-DECOR |
---|---|---|---|---|---|
Opvraging BgZ msz bij eerdere behandelaar (PULL) | Raadplegen BgZ msz | MSZ-XIS-R | XIS | Raadplegende msz zorgverlener | Raadplegen BgZ msz |
Opvraging BgZ msz bij eerdere behandelaar(PULL) | Beschikbaarstellen BgZ msz | MSZ-XIS-B | XIS | Beschikbaarstellende msz zorgverlener | Beschikbaarstellen BgZ msz |
Tabel 4:ART-DECOR publicatie bij de transacties betrokken bij de use case: Uitwisseling BgZ bij eerdere behandelaar (PULL).
2.3.4.3 Samenhang bedrijfsrollen, activiteiten, transacties, systeemrollen en transactiegroepen
Onderstaande afbeelding toont de samenhang tussen de processen, bedrijfsrollen, systemen, systeemrollen, transacties en transactiegroep die onderdeel maken van het uitwisselen bij verwijzing.
Figuur 4:Systeemrollen betrokken bij het uitwisselen van de BgZ msz bij eerdere behandelaar (PULL).
3 Aanvullende afspraken
Dit hoofdstuk bevat aanvullende afspraken en verduidelijkingen die bijdragen aan een veilige en zorgvuldige overdracht met eenduidig te interpreteren afspraken. Deze kunnen in een (door)ontwikkeling van de kwaliteitsstandaard en/of richtlijn worden verwerkt.
3.1 Uitwisselen bij verwijzing en overdracht zonder informatieverlies
Voor een veilige en zorgvuldige overdracht van een eerste MSZ-instelling naar een tweede msz-instelling moet de uitwisseling van patiëntgegevens plaatsvinden zonder verlies van informatie. Tijdens de uitwisseling moet altijd duidelijk zijn om welke gestructureerde informatie-elementen het gaat.
- De naamgeving van een data-element mag niet zodanig zijn dat het op enig moment in het proces als een ander data-element kan worden geïnterpreteerd. Bijvoorbeeld, een “MateVanKritiekZijn” bij een allergie mag niet worden gelabeld als “Ernst”. Er is al een ander informatie-element “Ernst” voor een allergische reactie.
- De nauwkeurigheid van gegevenselementen moet behouden blijven. De waarde “3,0” met één decimaal achter de komma mag tijdens het uitwisselen bijvoorbeeld geen “3” worden. Ook mag voor een datum die is gedefinieerd als een jaartal nergens in het proces een maand of dag worden verondersteld of toegevoegd.
3.2 Laatst bekende waarde
Voor een veilige en zorgvuldige overdracht van een eerste msz-instelling naar een tweede msz-instelling moet de uitwisseling van patiëntgegevens plaatsvinden zonder verlies van informatie. Dit is ook van toepassing op registratiegegevens. De datum van eerste registratie en de mutatiedatum van een gegevenselement moet ongewijzigd worden overgenomen door een tweede msz instelling, zodat bij het sturen en beschikbaarstellen van gegevens door deze tweede msz instelling nog steeds de laatst bekende waarde kan worden gestuurd indien relevant. Voor registratiegegevens gelden de volgende afspraken:
- Bij het sturen en beschikbaarstellen van gegevens die voor het eerst zijn geregistreerd in een bronsysteem en niet zijn gewijzigd, zijn de mutatiedatum en registratiedatum gelijk.
- Na het sturen van gegevens die ongewijzigd zijn overgenomen door een tweede bronsysteem, is de mutatiedatum en de datum van eerste registratie niet aangepast.
Zo heeft een zorgverlener altijd inzicht in wanneer gegevens zijn vastgelegd en wanneer deze voor het laatst zijn geactualiseerd. Ook kan een zorgverlener bij gegevens uit meerdere bronnen inzicht krijgen in wat de laatst bekende waarde is van een gegevenselement.
3.3 Geplande activiteiten
De uitwisseling van BgZ in de medisch specialistische zorg omvat alleen historische gegevens en geen toekomstige afspraken. Zorgplan en GeplandeZorgActiviteit zijn niet in scope van deze versie van de informatiestandaard die uitsluitend is gebaseerd op de zib Publicatie 2017(NL).
3.4 Beschikbaarheid van BgZ elementen
Voor een veilige en zorgvuldige overdracht moet het duidelijk zijn of een bronsysteem een element van de BgZ niet kan sturen of wel kan sturen. Als het systeem gegevens voor een specifiek gegevenselement wel kan sturen, moet het duidelijk zijn dat er wel of niet gegevens beschikbaar zijn over dit specifieke element van de BgZ. Als het systeem gegevens voor een specifiek gegevenselement niet kan sturen, heeft de zorgverlener de informatie om weloverwogen te beslissen welke vervolgstappen te ondernemen.
BgZ elementen moeten binnen 24 uur na verwijzing beschikbaar zijn voor het sturen naar de ontvangende zorgverlener. Tevens moeten BgZ elementen binnen 24 uur na opvragen bij een eerdere behandelaar beschikbaargesteld zijn.
4 Aanvullende informatie
4.1 Binding van waardenlijsten
De BgZ msz 2.0 is samengesteld uit zibs uit de zib Publicatie 2017 [3]. Deze bevat geen specificaties voor de sterkte van de bindings van de waardenlijsten. Voor de BgZ msz 2.0 gelden de specificaties zoals ze zijn opgenomen in de FHIR-profielen waarmee de BgZ 2.0 is geïmplementeerd (zie Technisch Ontwerp).
4.2 Codering van informatie
Tijdens het gehele uitwisselingsproces worden eenheden uitgewisseld via de hoofdlettergevoelige expressiesyntaxis van UCUM. De accolades maken deel uit van de UCUM-standaard. Het gaat hierbij om een beschrijvende aantekening in plaats van een eenheidsnaam zoals bijvoorbeeld in {Cells}/uL.
De BgZ kan worden uitgewisseld met verouderde codes, zoals verouderde SNOMED codes. De ontvangende partij dient deze gegevens zonder verlies van informatie te kunnen tonen. De verantwoordelijkheid ligt niet bij de sturende partij om verouderde codes te transformeren naar actuele codes. Het kan zijn dat een code tijdens het beschikbaarstellen nog actueel is, maar tijdens het raadplegen is verouderd.
5 Referenties
[1] “Handreiking adequate registratie in het Elektronisch Patiënten Dossier (EPD) Klachten en diagnoses, behandelaanwijzingen en allergieën”, 24-03-2022, Versie 1.1.
[2] “NEN 7540 BgZ-uitwisseling tussen instellingen voor medisch specialistische zorg.", maart 2024
[3] "publicatieversie 2017 van de zorginformatiebouwstenen", Nictiz, 20-01-2018, zib publicatie 2017(NL)
6 Release notes
7 Wiki-paginahistorie
Eerste versie van 2.0 x mei 2024