Functioneel ontwerp Basis Dataset Volwassenen
This article or section is in the middle of an expansion or major restructuring and is not yet ready for use. |
Voor vragen over de inhoud van deze informatiestandaard kan een ticket worden aangemaakt in BITS. |
Inhoud
1 Inleiding
1.1 Algemeen
Deze pagina beschrijft het functioneel ontwerp van de Basis Dataset Volwassenen (BDS V). De 0.1.0-alpha.1 versie betreft het eerste ontwerp van de usecase BDS V - Registratie Prenataal Huisbezoek. Later zal daar ook de usecase BDS V - Registratie Maternale Vaccinaties aan worden toegevoegd, evenals de toekomstige usecases voor uitwisseling. In hoofdstuk 2 wordt verder ingegaan op wat de usecase inhoudt.
Voor meer informatie over informatiestandaarden en hoe deze worden ontwikkeld, zie de Nictiz webpagina voor informatiestandaarden. Voor de verklaring van de begrippen die voorkomen in het functioneel ontwerp wordt verwezen naar het begrippenoverzicht op de Nictiz website.
1.1.1 Aanleiding voor een Digitaal Dossier Jeugdgezondheidszorg voor Volwassenen
Sinds 2019 is de doelgroep van de JGZ uitgebreid van jeugdigen naar zwangeren in een kwetsbare situatie. Dit betekent dat de JGZ-professional een dossier voor volwassenen nodig heeft, omdat er een behandelrelatie wordt aangegaan met de zwangere. Dit komt voort uit de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO), waarin staat beschreven dat een zorgprofessional een medisch dossier moet hebben om de werkzaamheden in te registreren. De Wet publieke gezondheid (Wpg) bepaalt dat dit een digitaal medisch dossier moet zijn. De usecase BDS V – Registratie PHB bevat een registratiedataset die zorgt voor landelijk uniforme registratie, waarbij het niet uitmaakt van welke dossierapplicatie de JGZ-professional gebruik maakt. Door deze uniforme registratie zal het mogelijk zijn om gegevens op gestructureerde wijze uit te wisselen tussen JGZ-organisaties onderling, bijvoorbeeld als een cliënt verhuist en de zorg overgedragen wordt aan een andere JGZ-organisatie, maar ook bijvoorbeeld uitwisseling van Maternale Vaccinaties naar het RIVM. Bij de totstandkoming van de BDS V wordt gebruikgemaakt van zorginformatiebouwstenen (zibs) en HL7 FHIR om in de toekomst ook uitwisseling met andere domeinen mogelijk te maken. De BDS V bevat de minimale gegevensset die de JGZ-professional nodig heeft om het prenatale huisbezoek (en later ook de maternale vaccinaties) te kunnen registreren. Alleen de JGZ-professional die een behandelrelatie heeft met de cliënt, heeft toegang tot het digitale dossier van deze cliënt. Om dit te waarborgen bevat elk dossier een logboek waarin te zien is wie wanneer toegang heeft gehad tot een dossier en wat die professional heeft gedaan.
1.1.2 Dossierplicht en privacyregels
Bij de registratie van individuele medische gegevens van cliënten, alsmede het communiceren daarvan, zijn onder andere de Wet op de Geneeskundige Behandelovereenkomst (WGBO) en de Wet Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) van toepassing. Uit de WGBO blijkt dat de JGZ-professional een dossierplicht heeft en welke informatie hierin geregistreerd dient te worden. In de WGBO en de AVG staan de rechten en plichten van de cliënt beschreven.
1.2 Doelgroep
De doelgroepen van dit functionele ontwerp zijn:
- Productmanagers, architecten, ontwerpers en testers van XIS-leveranciers, zorgorganisaties en Nictiz;
- Zorgverleners en hun vertegenwoordigers;
- RIVM
1.3 Kaders & Uitgangspunten
1.3.1 Richtlijn en proces
De gegevensrichtlijnen Basis Dataset Volwassenen tonen de berichten- en gegevenssets die nodig zijn om de informatievoorziening binnen de Jeugdgezondheidszorg adequaat te ondersteunen. Deze richtlijnen vormen de basis voor de Informatiestandaard Basis Dataset Volwassenen (IS BDS-V).
1.3.1.1 Dossierregistratie
Het NJC registratieprotocol <insert NJC registratieprotocol> omvat alle zorginhoudelijke normen en afspraken t.a.v. registratie voor prenatale begeleiding door de jeugdgezondheidszorg
1.3.2 Reikwijdte Functioneel Ontwerp
De reikwijdte van dit functioneel ontwerp beslaat de functionele beschrijvingen en de dataset voor registratie van het prenataal huisbezoek. In de toekomst zal ook de registratie van de maternale vaccinaties en gegevensuitwisselingen binnen één of meerdere zorgprocessen beschreven worden.
2 Usecase(s)
Een usecase is een specifieke beschrijving van een praktijksituatie in de zorg waarbij voor een concrete situatie de registratie en/of uitwisseling van informatie wordt beschreven aan de hand van actoren (mensen, systemen) en transacties (welke informatie wordt wanneer uitgewisseld). Een usecase is een verbijzondering van een specifiek onderdeel van het zorgproces. Een informatiestandaard kan bestaan uit één of meerdere usecases. Iedere usecase koppelt met een scenario in ART-DECOR. Wanneer verschillende usecases gebruik maken van hetzelfde scenario kan een andere indeling gewenst zijn, bijvoorbeeld op basis van proces. In dit functioneel ontwerp wordt de registratie usecase geanalyseerd en uitgewerkt.
2.1 Algemeen
De Basis Dataset Volwassenen is ingedeeld in verschillende usecases.
- BDS V - Registratie Prenataal Huisbezoek
En in een later stadium:
- BDS V - Registratie Maternale Vaccinatie
- Usecases voor uitwisseling
2.2 Usecase: Basis Dataset Volwassenen - Registratie Prenataal Huisbezoek
2.2.1 Doel en Relevantie
Met de aanpassing van de Wet Publieke Gezondheid (Wpg) met het ‘Prenataal huisbezoek door de JGZ’ (vanaf nu PHB JGZ) krijgen alle gemeenten de taak om een prenataal huisbezoek door de JGZ aan te bieden aan zwangeren en/of hun gezinnen in een kwetsbare situatie. De huidige scope van de BDS V betreft nu alleen de zwangere zelf (mogelijk krijgen in de toekomst ook vaders een dossier). Het doel hiervan is dat (aanstaande) ouders ook in (psycho)sociaal-maat- schappelijk opzicht worden ondersteund. Deze ondersteuning is gericht op het verbeteren van de situatie. Dit kan bijvoorbeeld zijn de stress te verminderen rond financiën, het verbeteren van de leefomstandigheden, het vergroten van gezondheids- en opvoedingsvaardigheden en/of het bevorderen van sensitief ouderschap. Geboortezorg professionals en andere betrokkenen in de zwanger- schap hebben hierin een signalerende en toeleidende rol; de JGZ heeft de uitvoerende rol. Samenwerking is dus essentieel. Concreet betekent de wetswijziging dat de jeugdverpleegkundige al vroeg in de zwangerschap, na signalering van kwetsbaarheid door de verloskundig zorgverlener, hulp en ondersteuning kan bieden aan zwangeren en/of hun gezinnen in een kwetsbare situatie. Hieronder vallen directe onder- steuning door de JGZ waaronder advies en voorlichting, maar ook advies voor een passende aanpak buiten de JGZ. De zwangere besluit uiteraard zelf of ze van het prenatale huisbezoek gebruik wil maken.
(Kwetsbare) ouders kunnen al tijdens de zwangerschap (intensieve) begeleiding vanuit de JGZ krijgen. Dit kan starten met een prenataal huisbezoek, om in een vroeg stadium de situatie in kaart te brengen en te bepalen welke hulp of zorg nodig is in het gezin. In de BDS-V wordt vastgesteld welke informatie er vastgelegd wordt voor de prenatale begeleiding JGZ met als doel een eenduidig dossier te hebben waarin de gegevens van (aanstaande) ouder(s) en afspraken worden genoteerd.
Dit heeft meerdere doelen:
- Bevorderen en borgen van de kwaliteit van de zorg (ouder en professional)
- Bevorderen en borgen van de continuïteit van de zorg (ouder en professional)
- Verantwoording van handelen (professional)
- Monitoren van de voortgang zowel individueel als collectief (ouder, professional, organisatie,
statistiek)
- Genereren van beleids-, stuur- en spiegelinformatie (organisatie, statistiek).
2.2.1.1 Patient Journey
De volgende patient journey beschrijft een algemene prenatale begeleiding door de JGZ:
Kyana is 26 weken zwanger. Zij is, met haar toestemming, door de verloskundige verwezen naar de JGZ voor prenatale begeleiding. Kyana is een meisje van 18 jaar dat ongepland zwanger is. Ze zit nog op school en woont sinds kort bij haar vriend en zijn ouders omdat haar eigen ouders geen contact meer met haar willen. Kyana heeft zelf alleen studiefinanciering en haar vriend werkt 5 dagen per week in de bouw. Samen zijn ze hard op zoek naar een woning. Kyana kijkt uit naar de komst van haar baby maar heeft nog nauwelijks een idee van wat haar straks te wachten staat. De jeugdverpleegkundige neemt contact op met Kyana en ze spreken een kennismakingshuisbezoek af. Tijdens dit bezoek brengt de jeugdverpleegkundige het leven van Kyana in kaart, er wordt onder andere gesproken over ingrijpende levensgebeurtenissen, haar financiële situatie, woonsituatie, relatie, arbeidsomstandigheden, sociale netwerk. Aan de hand van de inventarisatie stelt de jeugdverpleegkundige samen met Kyana een veranderplan op met daarin geformuleerde doelen en acties. In overleg plannen ze over 2 weken een vervolgafspraak en dit herhaalt zich zolang als nodig. Er wordt tijdens de daaropvolgende afspraken steeds gekeken hoe het staat met de afgesproken doelen en acties. Waar nodig worden deze bijgesteld.
2.2.2 Proces en Context (pre- en postproces)
Voor het scheppen van context is in de usecase BDS V - Registratie PHB naast het proces van registratie, ook beschreven wat het pre- en postproces omvatten. De usecase BDS V - Registratie PHB beperkt zich slechts tot de registratie van gegevens vanaf het moment waarop er een dossier wordt aangelegd.
2.2.2.1 Preproces
- Een professional signaleert kwetsbaarheden en risico's ten aanzien van de ontwikkelings- en gezondheidskansen van het kind (of een zwangere geeft dit zelf actief aan) en bespreekt dit met de zwangere en/of het gezin. Indien de signalerende professional in samenspraak met de cliënt van mening is dat de mogelijkheden van de signalerende professional niet toereikend zijn (tijd, aard van het probleem, kennis) adviseert die een Prenataal Huisbezoek door de Jeugdgezondheidszorg (PHB JGZ) om de situatie nader in kaart te brengen.
- Er wordt een verzoek gedaan tot het uitvoeren van een PHB JGZ. Afhankelijk van de wensen van de zwangere en de lokale structuur, wordt de aanmelding gedaan door de professional of door de zwangere zelf.
- De ontvangst van de aanmelding vormt de start van het hulpverleningsproces bij de JGZ.
2.2.2.2 Proces
Het proces van deze usecase is:
- Er wordt een dossier aangelegd waarin de gegevens uit de aanmelding worden overgenomen.
- Eerste contact (telefonisch): Op basis van deze gegevens heeft de jeugdverpleegkundige telefonisch contact met de zwangere.
- Als de zwangere in het gesprek aangeeft toch geen gebruik te willen maken van de begeleiding door de JGZ, wordt het dossier gesloten. De reden van afsluiting wordt vermeld.
- Als de zwangere wel gebruik wenst te maken van de begeleiding door de JGZ, wordt de datum waarop het huisbezoek plaatsvindt, vastgelegd.
- Voorafgaande aan het gesprek wordt de BRP geraadpleegd; de gegevens van de zwangere vrouw uit de BRP vormen de basis van het dossier. Als er al een dossier bij de JGZ voor de zwangere vrouw bekend is, worden de reeds bekende gegevens getoetst via de BRP en eventueel aangevuld.
- Gespreksverslagen: Registratie van de contactmomenten vindt plaats in gespreksverslag(en). De gespreksverslagen worden zoveel mogelijk gestructureerd vastgelegd, met -uitsluitend waar nodig- een toelichting. Elk item wordt bij registratie voorzien van een timestamp. Als een item meerdere keren in de tijd wordt geregistreerd ontstaat inzicht in het verloop van de situatie van de cliënt (gaat het beter? of minder goed? of zijn er geen veranderingen?)
- Tijdens het eerste huisbezoek vindt de WID-controle van de cliënt plaats
- Bij het PHB JGZ worden alle gegevens door de JGZ geregistreerd volgens de BDS-V, zowel om de voortgang te kunnen volgen als om de uitvoering te monitoren.
2.2.2.3 Postproces
De gegevens zijn gestructureerd opgeslagen (en beschikbaar in het systeem).
2.2.3 Bedrijfsrollen en UML activity diagram
Bedrijfsrol (actor) | Beschrijving bedrijfsrol |
---|---|
Bronsysteem | Registreert PHB gegevens. |
2.2.4 Informatieregistratie
de informatie die wordt geregistreerd in de BDS V - Prenataal Huisbezoek wordt volgens onderstaande structuur vastgelegd in een bronsysteem.
2.2.4.1 Dataset
De dataset is opgebouwd uit een aantal lagen om usecase specifieke wensen ten aanzien van de presentatielaag te scheiden van de generieke technische onderlaag. Door deze generieke onderlaag kan de interoperabiliteit tussen domeinen worden gewaarborgd en kunnen in de toekomst vanuit dezelfde dataset meerdere domeinen en usecases worden ondersteund. Hieronder volgt een toelichting per laag van de dataset.
Laag 1: zibs
Deze laag bevat een 1 op 1 kopie van de zibs die binnen de dataset gebruikt worden. Dit geeft inzicht in de benodigde zibs en hun originele definitie. In de transacties zijn de zibs niet zichtbaar. Alle gebruikte zibs komen terug in de bouwstenen laag, waar ze kunnen worden aangevuld met (domein)specifieke eisen.
Laag 2: bouwstenen
Deze laag bestaat uit de voor verschillende domeinen verrijkte zibs. Dit geeft een gebruiker inzicht in welke wijzigingen en/of toevoegingen er zijn ten opzichte van de oorspronkelijke zib. Enkel de data elementen waar een wijziging of toevoeging in zit, zijn onterfd, waardoor het duidelijk is waar deze wijzigingen zich bevinden en de rest onaangetast blijft. Bouwstenen kunnen binnen 1 of meerdere domeinen of use cases herbruikt worden in de domein of usecase specifieke presentatieset.
Laag 3: presentatieset
Dit is de set zoals deze aan de voorkant gepresenteerd zal worden, in dit geval BDS-V.
2.2.4.1.1 Episodegericht werken
uitleg over Episodegericht werken
Link naar ART_DECOR of iFrame
Informatie-elementen in de BDS-V staan hieronder. Deze informatie is ook in een [<link naar ART-DECOR> nieuw tabblad] te openen. <iframe width="100%" height="800" src= <link naar ART-DECOR> frameborder="0" align="middle"></iframe> </html>
3 Aanvullende informatie
Voor de eenheid van taal wordt zo veel mogelijk SNOMED gebruikt.
4 Release notes
In onderstaande tabel staan de wijzigingen voor dit ontwerp: