mp:Vdraft LeeswijzerNierfunctiewaardeinvoorschrift: verschil tussen versies

Uit informatiestandaarden
Ga naar: navigatie, zoeken
(Te gebruiken Loinc-en NHG-codes voor het doorgeven van de nierfunctie)
 
(25 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
{{DISPLAYTITLE:Leeswijzer ten behoeve van het meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift}}
+
{{DISPLAYTITLE:DRAFT_Leeswijzer ten behoeve van het meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift}}
  
Als de voorschrijver over de nierfunctiewaarde beschikt en deze is relevant voor de medicatie dan moet de voorschrijver in de Kickstart de nierfunctiewaarde met het voorschrift meesturen naar de apotheker. Dit staat beschreven in het [[mp:V2.0.0_Ontwerp_medicatieproces_9#Processtap:_Nierfunctiewaarde_meesturen_met_het_voorschrift|functioneel ontwerp]] van Medicatieproces 9. Het meesturen van de nierfunctiewaarde gebeurt als gestructureerde data via de zorginformatiebouwsteen laboratoriumuitslag, die onderdeel uitmaakt van lab2zorg uit de informatiestandaard uitwisseling laboratoriumgegevens.
+
{{IssueBox|Dit is een werkpagina voor intern Nictiz gebruik.}}
De voorschrijver stuurt de LSP transactie Verzenden Medicatievoorschrift (PVMV_IN932000NL03) naar de apotheker. Deze transactie omvat zowel de Medicatieproces 9 transactie Sturen Medicatievoorschrift als de Lab2zorg transactie Sturen laboratoriumresultaten.  (zie figuur 1.)
 
  
 +
=Scope en leeswijzer tbv Kickstart=
 +
Als de voorschrijver over de nierfunctiewaarde beschikt en deze is relevant voor de medicatie dan moet de voorschrijver in de Kickstart de nierfunctiewaarde met het voorschrift meesturen naar de apotheker. Het meesturen van de nierfunctiewaarde gebeurt als gestructureerde data via de zorginformatiebouwsteen laboratoriumuitslag.
  
+
Dit staat beschreven in [[mp:V2.0.0_Ontwerp_medicatieproces_9#Processtap:_Nierfunctiewaarde_meesturen_met_het_voorschrift|paragraaf 2.2.8]] van het functioneel ontwerp van Medicatieproces 9. In het functioneel ontwerp Lab2zorg staat in [[Lab:Vcurrent_Ontwerp_Lab2zorg#Zorgverlener_stuurt_laboratoriumresultaten_naar_andere_zorgverlener|paragraaf 2.3]] de usecase zorgverlener stuurt laboratoriumresultaten (zoals nierfunctie) naar andere zorgverleners beschreven. Alleen de eerste variant "de laboratoriumresultaten worden, met bijvoorbeeld een medicatievoorschrift, meegestuurd" valt binnen de scope van de Kickstart.
Figuur 1 Meesturen van de nierfunctie met het voorschrift
 
  
 +
De voorschrijver stuurt de LSP [https://decor.nictiz.nl/pub/vzvz/mp-vzvz-html-20220829T155958/tmp-2.16.840.1.113883.2.4.3.111.3.12.10.13-2021-07-22T115337.html transactie Verzenden Medicatievoorschrift] (PVMV_IN932000NL03) naar de apotheker. Deze transactie omvat twee payloads, namelijk zowel de Medicatieproces 9 dataset behorende bij transactie [https://decor.nictiz.nl/medicatieproces/mp-html-20220402T205710/sc-2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.20.77.3.133-2022-02-07T000000.html#_2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.20.77.4.321_20220207000000 Sturen Medicatievoorschrift] als de Lab2zorg dataset behorende bij transactie [https://decor.nictiz.nl/pub/labuitwisseling/lu-html-20220825T182510/sc-2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.25.3.4-2022-03-03T000000.html#_2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.25.4.27_20220303000000 Sturen Laboratoriumresultaten] (zie figuur 1) gebundeld in 1 LSP transactie.
  
In het functioneel ontwerp lab2zorg staat in paragraaf 2.3 de usecase zorgverlener stuurt laboratoriumresultaten (zoals nierfunctie) naar andere zorgverleners beschreven.
+
[[Bestand:Labwaardemetvoorschrift.png|700px|]]<br>
 +
Figuur 1 Meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift
  
Voor het meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift gelden de volgende regels:
+
=Tijdelijke afwijkende regels voor implementatie=
 +
Voor het meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift gelden een aantal tijdelijke regels om te zorgen dat Lab2zorg in de huidige praktijk werkbaar geïmplementeerd kan worden.
  
=<small>Gebruik van LOINC- en NHG-codes</small>=
+
==Gebruik van LOINC- en NHG-codes==
In het gebruik van de informatiestandaard Uitwisseling Laboratoriumgegevens volgen we de Richtlijn Uitwisseling laboratoriumgegevens uit 2021. In de richtlijn is besloten dat de labcodeset gebruikt wordt voor alle terminologie. In de labcodeset is gedefinieerd dat de Testcode en de Onderzoekscode middels LOINC gecodeerd worden. De LOINC-code is, zolang resultaten met EDIFACT of HL7v2 gedeeld worden, niet altijd bekend bij de aanvrager. In deze gevallen mag ook de NHG-code gedeeld worden. Dit betekent voor de ontvangende partij, dat deze om moet kunnen gaan met zowel ontvangst van de NHG-code, als ontvangst van de LOINC-code. De LOINC-code heeft sterk de voorkeur en moet dus altijd opgeslagen worden in het systeem. Mocht het resultaat doorgestuurd worden en de LOINC-code is bekend, moet deze gedeeld worden.  
+
In het gebruik van de informatiestandaard Uitwisseling Laboratoriumgegevens volgen we de [https://nictiz.nl/publicaties/richtlijn-uitwisseling-laboratoriumgegevens Richtlijn Uitwisseling laboratoriumgegevens 2021]. In de richtlijn is besloten dat de labcodeset gebruikt wordt voor alle terminologie. In de labcodeset is gedefinieerd dat de Testcode en de Onderzoekscode middels LOINC gecodeerd worden. De LOINC-code is, zolang resultaten met EDIFACT of HL7v2 gedeeld worden, niet altijd bekend bij de aanvrager. In deze gevallen mag ook de NHG-code gedeeld worden. Dit betekent voor de ontvangende partij, dat deze om moet kunnen gaan met zowel ontvangst van de NHG-code, als ontvangst van de LOINC-code. De LOINC-code heeft sterk de voorkeur en moet dus '''altijd''' opgeslagen worden in het systeem. Mocht het resultaat doorgestuurd worden en de LOINC-code is bekend, moet deze gedeeld worden. Voor de verzendende partij geldt, dat de code welke aanwezig is, verzonden kan worden. In geval dat zowel de NHG- als de LOINC-code bekend is, moet minimaal de LOINC-code, maar mogen beide doorgestuurd worden, mits duidelijk is dat het om dezelfde test of hetzelfde onderzoek gaat.
Voor de verzendende partij geldt, dat de code welke aanwezig is, verzonden kan worden. In geval dat zowel de NHG- als de LOINC-code bekend is, moet minimaal de LOINC-code, maar mogen beide doorgestuurd worden, mits duidelijk is dat het om dezelfde test of hetzelfde onderzoek gaat.
 
  
=<small>Identificatie van resultaten</small>=
+
==Te gebruiken Loinc-en NHG-codes voor het doorgeven van de nierfunctie==
In de informatiestandaard is gedefinieerd dat alle laboratoriumresultaten zowel op onderzoeks- als laboratoriumtestniveau unieke identificatienummers moeten bevatten, zoals vastgesteld in de Richtlijn Uitwisseling laboratoriumgegevens 2021. Deze identificatienummers (OID's) dienen door de bron van de resultaten toegekend te worden. Op dit moment is het niet voor alle laboratoria mogelijk om zo'n identificatienummer toe te kennen, danwel middels EDIFACT/HL7v2 met de aanvrager te delen. Indien een aanvrager resultaten ontvangt zonder de unieke identificatienummers op onderzoek- en testniveau, dient een aanvrager bij het opslaan in zijn/haar systeem deze identificatienummers zelf toe te kennen alvorens de resultaten te delen met andere zorginformatiesystemen in de keten.
+
 
 +
{| class="wikitable"
 +
|-
 +
! Bepaling !! Materiaal !! Labcodeset (LOINC) !! LCN !! NHG-45 !! NHGMemo !! NHG omschrijving !! Commentaar
 +
|-
 +
| Creatinine || Serum of plasma || 14682-9 || Creatinine [mol/volume] in serum of plasma || 523 || KREAB || creatinine ||
 +
|-
 +
| eGFR (CKD-EPI) || Serum of plasma || 62238-1 || Glomerulaire filtratiesnelheid/1,73 m2.voorspeld [filtratiesnelheid/oppervlakte] in serum of plasma of bloed d.m.v. formule gebaseerd op creatinine (CKD-EPI) || 3583 || KRECO FB || eGFR volgens CKD-EPI formule || Gangbare eGFR in Nederland. Let op: in 2021 is de formule aangepast. LOINC code 98979-8
 +
|-
 +
| eGFR (Schwartz) || Serum of plasma || 50384-7 || Glomerulaire filtratiesnelheid/1,73 m2.voorspeld [filtratiesnelheid/oppervlakte] in serum of plasma of bloed d.m.v. op creatinine gebaseerde formule van Schwartz || || || || Voor kinderen; Bepaling niet aanwezig in NHG-45.
 +
|-
 +
| eGFR (cystatine c) || Serum of plasma || 50210-4 || Glomerulaire filtratiesnelheid/1,73 m2.voorspeld [filtratiesnelheid/oppervlakte] in serum of plasma of bloed d.m.v. formule gebaseerd op cystatine C|| 3907 || EGFCO FB || eGFR-cystatine-c vlgns CKD-EPI formule || Let op: in 2021 is de formule aangepast. LOINC code 98980-6
 +
|-
 +
| Albumine/kreatinine ratio || Urine (portie) || 30000-4|| Albumine/creatinine [verhouding] in urine d.m.v. detectielimiet <= 20 mg/L || 40 || ALBKU MI || albumine/creatinine ratio urine (ACR) ||
 +
|-
 +
| Albumine/kreatinine ratio || Urine (24-uurs urine) || 59159-4 || Albumine/creatinine [verhouding] in 24-uursurine d.m.v. detectielimiet <= 20 mg/L || 42 || ALBKUEMI || albumine/creatinine ratio urine 24u ||
 +
|-
 +
| Cystatine C || Serum of plasma || 33863-2 || Cystatine C [massa/volume] in serum of plasma || 3774 || CYSCB || cystatine C ||
 +
|}
 +
 
 +
==Identificatie van resultaten==
 +
In de informatiestandaard is gedefinieerd dat alle laboratoriumresultaten zowel op onderzoeks- als laboratoriumtestniveau unieke identificatienummers moeten bevatten, zoals vastgesteld in de [https://nictiz.nl/publicaties/richtlijn-uitwisseling-laboratoriumgegevens Richtlijn Uitwisseling laboratoriumgegevens 2021]. Deze identificatienummers (OID's) dienen door de bron van de resultaten toegekend te worden. Op dit moment is het niet voor alle laboratoria mogelijk om zo'n identificatienummer toe te kennen, danwel middels EDIFACT/HL7v2 met de aanvrager te delen. Indien een aanvrager resultaten ontvangt zonder de unieke identificatienummers op onderzoek- en testniveau, dient een aanvrager bij het opslaan in zijn/haar systeem deze identificatienummers zelf toe te kennen alvorens de resultaten te delen met andere zorginformatiesystemen in de keten.
 
Hierbij geldt dat alleen de aanvrager op deze manier als bron van de gegevens mag fungeren. Mocht een resultaat naar meerdere zorgverleners gestuurd worden, is het alleen de aanvrager van het onderzoek die een identificatie mag toekennen.
 
Hierbij geldt dat alleen de aanvrager op deze manier als bron van de gegevens mag fungeren. Mocht een resultaat naar meerdere zorgverleners gestuurd worden, is het alleen de aanvrager van het onderzoek die een identificatie mag toekennen.
  
=<small>Panels</small>=
+
==Panels==
In de Lab2zorg-berichten is plaats voor onderzoeken welke bestaan uit meerdere laboratoriumtests die bij elkaar horen en die samen nodig zijn voor een juiste interpretatie: panels. Hiervoor is in het bericht een gelaagdheid geplaatst die zorgt dat panels, of onderzoeken, bestaande uit meerdere laboratoriumtests gebundeld gedeeld kunnen worden. Deze panels zijn gedefinieerd in de Nederlandse Labcodeset. Panels zijn altijd gedefinieerd op een manier dat de som van de laboratoriumtests één antwoord op een vraag vormen. Dit betekent dat de tests altijd aan elkaar gerelateerd zijn en met elkaar een bepaalde context vormen. Wanneer laboratoriumtests op deze manier gebundeld ontvangen worden in het systeem, moeten deze ook als zodanig opgeslagen en getoond worden. Ook moeten deze als bundel doorgestuurd en beschikbaar gesteld worden (zie template). In de standaard wordt de mogelijkheid geboden om de losse laboratoriumresultaten op te sturen voor het kunnen doorgeven van historische laboratoriumresultaten die wel als panels zijn verstuurd, maar niet als zodanig zijn opgeslagen (zie template).
+
In de Lab2zorg-berichten is plaats voor onderzoeken welke bestaan uit meerdere laboratoriumtests die bij elkaar horen en die samen nodig zijn voor een juiste interpretatie: panels. Hiervoor is in het bericht een gelaagdheid geplaatst die zorgt dat panels, of onderzoeken, bestaande uit meerdere laboratoriumtests gebundeld gedeeld kunnen worden. Deze panels zijn gedefinieerd in de [https://nictiz.nl/wat-we-doen/activiteiten/terminologie/nederlandse-labcodeset/ Nederlandse Labcodeset]. Panels zijn altijd gedefinieerd op een manier dat de som van de laboratoriumtests één antwoord op een vraag vormen. Dit betekent dat de tests altijd aan elkaar gerelateerd zijn en met elkaar een bepaalde context vormen. De nierfunctiewaarde is functioneel gezien een panel dat uit twee laboratoriumresultaten bestaat: eGFR en creatinine.
 +
 
 +
De standaard schrijft voor dat wanneer laboratoriumtests op deze manier gebundeld ontvangen worden in het systeem, deze ook als zodanig verwerkt moeten worden. Als deze resultaten beschikbaar gesteld/doorgestuurd worden, moet dit ook als bundel. Op dit moment komen nog niet in alle informatiesystemen deze twee resultaten als panel gekoppeld binnen. Daarom wordt in de Kickstart een uitzondering gemaakt voor verzendende systeem en geldt geen verplichting op het versturen van deze resultaten als panel. De resultaten mogen als panel of als losse resultaten worden verzonden. Uiteraard moet hierbij wel zorg gedragen worden dat de losse tests, de gekoppelde resultaten zijn.  
 +
 
 +
Informatiesystemen die de nierfunctie waarde wél als panel ontvangen en opslaan, wordt aangeraden dit ook al ten tijde van de kickstart als panel door te sturen tezamen met het voorschrift. In vervolgtrajecten van de implementatie van de informatiestandaard uitwisseling Laboratoriumgegevens wordt dit namelijk wel verplicht.
 +
 
 +
Voor ontvangende informatiesystemen is mogelijk dat zowel berichten met losse laboratoriumtests verzonden worden áls berichten waarin deze gecombineerd zijn in een panel. Voor ontvangende systemen geldt dus dat beide ontvangen en verwerkt moeten kunnen worden.
 +
 
 +
=Context=
 +
De use case maakt onderdeel uit van het [[Lab:Vcurrent_Ontwerp_Lab2zorg|functioneel ontwerp van Lab2zorg]], als één van de toepassingen van de [[Lab:V3.0.0_Ontwerp_Laboverdacht|informatiestandaard uitwisseling Laboratoriumgegevens]].
 +
 
 +
=Status publicaties=
 +
Zowel de publicaties van Medicatieproces 9, Lab2zorg als LSP zijn gepubliceerd ten behoeve van de Kickstart. Bij de publicatie van het LSP en Lab2zorg wordt daartoe melding gemaakt van status 'Ontwerp'.
 +
 
 +
=Pagina historie=
 +
{| class="wikitable"
 +
|-
 +
! Datum !! Omschrijving
 +
|-
 +
| 27 juli 2023 || Toegevoegd: Te gebruiken Loinc-en NHG-codes voor het doorgeven van de nierfunctie
 +
|-
 +
| 15 februari 2023 || Tekstuele aanpassing onder Scope en leeswijzer tbv Kickstart
 +
|}

Huidige versie van 27 jul 2023 om 11:29


Scope en leeswijzer tbv Kickstart

Als de voorschrijver over de nierfunctiewaarde beschikt en deze is relevant voor de medicatie dan moet de voorschrijver in de Kickstart de nierfunctiewaarde met het voorschrift meesturen naar de apotheker. Het meesturen van de nierfunctiewaarde gebeurt als gestructureerde data via de zorginformatiebouwsteen laboratoriumuitslag.

Dit staat beschreven in paragraaf 2.2.8 van het functioneel ontwerp van Medicatieproces 9. In het functioneel ontwerp Lab2zorg staat in paragraaf 2.3 de usecase zorgverlener stuurt laboratoriumresultaten (zoals nierfunctie) naar andere zorgverleners beschreven. Alleen de eerste variant "de laboratoriumresultaten worden, met bijvoorbeeld een medicatievoorschrift, meegestuurd" valt binnen de scope van de Kickstart.

De voorschrijver stuurt de LSP transactie Verzenden Medicatievoorschrift (PVMV_IN932000NL03) naar de apotheker. Deze transactie omvat twee payloads, namelijk zowel de Medicatieproces 9 dataset behorende bij transactie Sturen Medicatievoorschrift als de Lab2zorg dataset behorende bij transactie Sturen Laboratoriumresultaten (zie figuur 1) gebundeld in 1 LSP transactie.

Labwaardemetvoorschrift.png
Figuur 1 Meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift

Tijdelijke afwijkende regels voor implementatie

Voor het meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift gelden een aantal tijdelijke regels om te zorgen dat Lab2zorg in de huidige praktijk werkbaar geïmplementeerd kan worden.

Gebruik van LOINC- en NHG-codes

In het gebruik van de informatiestandaard Uitwisseling Laboratoriumgegevens volgen we de Richtlijn Uitwisseling laboratoriumgegevens 2021. In de richtlijn is besloten dat de labcodeset gebruikt wordt voor alle terminologie. In de labcodeset is gedefinieerd dat de Testcode en de Onderzoekscode middels LOINC gecodeerd worden. De LOINC-code is, zolang resultaten met EDIFACT of HL7v2 gedeeld worden, niet altijd bekend bij de aanvrager. In deze gevallen mag ook de NHG-code gedeeld worden. Dit betekent voor de ontvangende partij, dat deze om moet kunnen gaan met zowel ontvangst van de NHG-code, als ontvangst van de LOINC-code. De LOINC-code heeft sterk de voorkeur en moet dus altijd opgeslagen worden in het systeem. Mocht het resultaat doorgestuurd worden en de LOINC-code is bekend, moet deze gedeeld worden. Voor de verzendende partij geldt, dat de code welke aanwezig is, verzonden kan worden. In geval dat zowel de NHG- als de LOINC-code bekend is, moet minimaal de LOINC-code, maar mogen beide doorgestuurd worden, mits duidelijk is dat het om dezelfde test of hetzelfde onderzoek gaat.

Te gebruiken Loinc-en NHG-codes voor het doorgeven van de nierfunctie

Bepaling Materiaal Labcodeset (LOINC) LCN NHG-45 NHGMemo NHG omschrijving Commentaar
Creatinine Serum of plasma 14682-9 Creatinine [mol/volume] in serum of plasma 523 KREAB creatinine
eGFR (CKD-EPI) Serum of plasma 62238-1 Glomerulaire filtratiesnelheid/1,73 m2.voorspeld [filtratiesnelheid/oppervlakte] in serum of plasma of bloed d.m.v. formule gebaseerd op creatinine (CKD-EPI) 3583 KRECO FB eGFR volgens CKD-EPI formule Gangbare eGFR in Nederland. Let op: in 2021 is de formule aangepast. LOINC code 98979-8
eGFR (Schwartz) Serum of plasma 50384-7 Glomerulaire filtratiesnelheid/1,73 m2.voorspeld [filtratiesnelheid/oppervlakte] in serum of plasma of bloed d.m.v. op creatinine gebaseerde formule van Schwartz Voor kinderen; Bepaling niet aanwezig in NHG-45.
eGFR (cystatine c) Serum of plasma 50210-4 Glomerulaire filtratiesnelheid/1,73 m2.voorspeld [filtratiesnelheid/oppervlakte] in serum of plasma of bloed d.m.v. formule gebaseerd op cystatine C 3907 EGFCO FB eGFR-cystatine-c vlgns CKD-EPI formule Let op: in 2021 is de formule aangepast. LOINC code 98980-6
Albumine/kreatinine ratio Urine (portie) 30000-4 Albumine/creatinine [verhouding] in urine d.m.v. detectielimiet <= 20 mg/L 40 ALBKU MI albumine/creatinine ratio urine (ACR)
Albumine/kreatinine ratio Urine (24-uurs urine) 59159-4 Albumine/creatinine [verhouding] in 24-uursurine d.m.v. detectielimiet <= 20 mg/L 42 ALBKUEMI albumine/creatinine ratio urine 24u
Cystatine C Serum of plasma 33863-2 Cystatine C [massa/volume] in serum of plasma 3774 CYSCB cystatine C

Identificatie van resultaten

In de informatiestandaard is gedefinieerd dat alle laboratoriumresultaten zowel op onderzoeks- als laboratoriumtestniveau unieke identificatienummers moeten bevatten, zoals vastgesteld in de Richtlijn Uitwisseling laboratoriumgegevens 2021. Deze identificatienummers (OID's) dienen door de bron van de resultaten toegekend te worden. Op dit moment is het niet voor alle laboratoria mogelijk om zo'n identificatienummer toe te kennen, danwel middels EDIFACT/HL7v2 met de aanvrager te delen. Indien een aanvrager resultaten ontvangt zonder de unieke identificatienummers op onderzoek- en testniveau, dient een aanvrager bij het opslaan in zijn/haar systeem deze identificatienummers zelf toe te kennen alvorens de resultaten te delen met andere zorginformatiesystemen in de keten. Hierbij geldt dat alleen de aanvrager op deze manier als bron van de gegevens mag fungeren. Mocht een resultaat naar meerdere zorgverleners gestuurd worden, is het alleen de aanvrager van het onderzoek die een identificatie mag toekennen.

Panels

In de Lab2zorg-berichten is plaats voor onderzoeken welke bestaan uit meerdere laboratoriumtests die bij elkaar horen en die samen nodig zijn voor een juiste interpretatie: panels. Hiervoor is in het bericht een gelaagdheid geplaatst die zorgt dat panels, of onderzoeken, bestaande uit meerdere laboratoriumtests gebundeld gedeeld kunnen worden. Deze panels zijn gedefinieerd in de Nederlandse Labcodeset. Panels zijn altijd gedefinieerd op een manier dat de som van de laboratoriumtests één antwoord op een vraag vormen. Dit betekent dat de tests altijd aan elkaar gerelateerd zijn en met elkaar een bepaalde context vormen. De nierfunctiewaarde is functioneel gezien een panel dat uit twee laboratoriumresultaten bestaat: eGFR en creatinine.

De standaard schrijft voor dat wanneer laboratoriumtests op deze manier gebundeld ontvangen worden in het systeem, deze ook als zodanig verwerkt moeten worden. Als deze resultaten beschikbaar gesteld/doorgestuurd worden, moet dit ook als bundel. Op dit moment komen nog niet in alle informatiesystemen deze twee resultaten als panel gekoppeld binnen. Daarom wordt in de Kickstart een uitzondering gemaakt voor verzendende systeem en geldt geen verplichting op het versturen van deze resultaten als panel. De resultaten mogen als panel of als losse resultaten worden verzonden. Uiteraard moet hierbij wel zorg gedragen worden dat de losse tests, de gekoppelde resultaten zijn.

Informatiesystemen die de nierfunctie waarde wél als panel ontvangen en opslaan, wordt aangeraden dit ook al ten tijde van de kickstart als panel door te sturen tezamen met het voorschrift. In vervolgtrajecten van de implementatie van de informatiestandaard uitwisseling Laboratoriumgegevens wordt dit namelijk wel verplicht.

Voor ontvangende informatiesystemen is mogelijk dat zowel berichten met losse laboratoriumtests verzonden worden áls berichten waarin deze gecombineerd zijn in een panel. Voor ontvangende systemen geldt dus dat beide ontvangen en verwerkt moeten kunnen worden.

Context

De use case maakt onderdeel uit van het functioneel ontwerp van Lab2zorg, als één van de toepassingen van de informatiestandaard uitwisseling Laboratoriumgegevens.

Status publicaties

Zowel de publicaties van Medicatieproces 9, Lab2zorg als LSP zijn gepubliceerd ten behoeve van de Kickstart. Bij de publicatie van het LSP en Lab2zorg wordt daartoe melding gemaakt van status 'Ontwerp'.

Pagina historie

Datum Omschrijving
27 juli 2023 Toegevoegd: Te gebruiken Loinc-en NHG-codes voor het doorgeven van de nierfunctie
15 februari 2023 Tekstuele aanpassing onder Scope en leeswijzer tbv Kickstart